Mensen zitten steeds meer.. tijd om wat beweging toe te voegen!

Bewegen maar!

Zitten is het nieuwe roken. Het klinkt misschien overdreven, maar Nederland begint kampioen langzitten van Europa te worden: gemiddeld zit men 10 uur per dag. 10 uur! Er van uitgaande dat je van het restant nog eens 2/3^e in je bed ligt, houd je niet zoveel tijd over om je gewrichtjes soepel te houden. Toch is het belangrijk om zo veel mogelijk te blijven bewegen. Door kleine aanpassinkjes te maken in je levensstijl kan je bij elkaar opgeteld toch nog flink wat beweging proppen in de wakkere uurtjes. Alle beetjes helpen en aangezien de meeste mensen de zittende uren op hun werk invullen, heeft de werkgever ook een grote invloed op de beweging en daarmee de gezondheid van zijn werknemers.

Pauzewandeling

Zo kan een werkgever bijvoorbeeld sta-zit bureaus installeren. Dit zijn bureau’s die dusdanig verstelbaar zijn dat je af en toe staand kan werken. Let hierbij op dat de staande periodes niet te lang moeten zijn. Probeer in elk uur wat je zittend doorbrengt ongeveer 10 minuten tot een kwartier staand te werken. Anders zak je in, ga je leunen of hangen, en dat is alsnog funest voor je lichaam. Daarnaast is het ook verstandig als een werkgever het personeel stimuleert om tijdens de pauze meer te bewegen. Ga na de lunch met een groepje een stukje lopen, of houd gesprekken en vergadering staand of tijdens een wandeling. Het zijn allemaal kleine dingetjes maar ze voorkomen lichamelijke klachten wat zowel voor de medewerker als  voor de werkgever heel vervelend is.

Woon-werkverkeer

Waar de meeste winst in het kader van beweging te behalen is, is het woon-werkverkeer. Een groot deel van werkend Nederland woont op minder dan 30 minuten fietsen van hun werk. Toch pakken veel mensen de auto, soms uit luiheid, soms om dit te kunnen combineren met het afzetten van kinderen/partner. Naast het feit dat hierdoor de wegen dichtslibben voegt dit ook extra tijd toe aan je percentage zitten per dag. Wat een goede oplossing kan zijn is een fietsplan vanaf de werkgever. Mits er voldoende ruimte is in de WKR mogen werknemers elke drie jaar een nieuwe fiets aanschaffen onder de voorwaarde dat deze voor minstens 50% van de tijd voor woon-werkverkeer wordt gebruikt. Zo hoef je als werkgever geen verdere reiskostenvergoeding te betalen én investeer je in de gezondheid van het personeel. En voor collega’s die ietsje verder wonen zou een elektrische stadsfiets een oplossing kunnen zijn. Dan komt de medewerker alsnog buiten en is er sprake van (lichte) beweging, maar hoeft er geen zware inspanning geleverd te worden om op werk te komen.